Hogere transitievergoeding dan werkgever dacht
Als nieuwe eigenaar van een overgenomen onderneming wilt u zo veel mogelijk onvoorziene kosten die uit deze overgang voortvloeien, voorkomen. Dit geldt ook voor personeelskosten zoals de hoogte van de transitievergoeding. In het navolgende voorbeeld was met deze post onvoldoende rekening gehouden. Dit leverde daarom een onvoorziene post op van tienduizend(en) euro’s. Wilt u niet overvallen worden door dit soort onvoorziene kosten? Dat kan. Laat u vooraf goed adviseren om later deze kosten te voorkomen.
Overgang van onderneming
Als een onderneming wordt overgenomen en de identiteit van deze onderneming blijft behouden, is er in beginsel sprake van een overgang van de onderneming ex artikel 7:662 BW. Gevolg is dat alle rechten en plichten uit de arbeidsovereenkomst die op dat moment bij de werkgever/vervreemder bestaan automatisch overgaan naar de verkrijger. Ook de dienstjaren gaan over indien en voor zover deze gekoppeld zijn aan voor overgang vatbare arbeidsvoorwaarden. Denk aan reeds opgebouwde rechten op een transitievergoeding. Dit kan zelfs jaren later (aanzienlijk) financiële gevolgen hebben voor de verkrijger. Een voorbeeld uit mijn praktijk.
Einde dienstverband
De werkgever wilde de arbeidsovereenkomst met cliënt beëindigen. Ter discussie stond de hoogte van de transitievergoeding omdat partijen het niet eens waren over welke dienstjaren meetellen bij de bepaling van de hoogte van de transitievergoeding.
Standpunt werkgever
De werkgever was van mening dat de indiensttredingsdatum de datum was dat hij de onderneming had overgenomen. Op dat moment had hij de werknemers een nieuwe arbeidsovereenkomst aangeboden met als ingangsdatum de datum van de koop van de onderneming. Deze nieuwe arbeidsovereenkomsten waren door de werknemers ondertekend. De werkgever bood daarom een transitievergoeding aan, die was berekend vanaf het moment van overname van de onderneming.
Alle rechten en plichten – dus ook de arbeidsvoorwaarden – zijn mee overgegaan
Echter, er was sprake van een overgang van onderneming waarbij (kort gezegd) alle rechten en plichten mee over zijn gegaan. Dit betekent dat ook de dienstjaren – ook wel anciënniteit genoemd – zijn overgegaan voor zover dit gekoppeld is aan voor overgang vatbare arbeidsvoorwaarden. Dus ondanks de nieuwe arbeidsovereenkomsten werd de transitievergoeding reeds opgebouwd vanaf de datum waarop de werknemers bij de oorspronkelijke werkgever/de vervreemder in dienst waren getreden. De opbouw van de transitievergoeding van deze betreffende werknemer begon daarom ruim 10 jaar voor de overgang van de onderneming. Het gevolg was dat deze werknemer aanspraak maakte op een aanzienlijk hogere transitievergoeding dan in eerste instantie werd aangeboden; ongeveer 3,5 maandsalaris vermeerderd met vakantiegeld meer. Dit is ruim 10.000 euro.
Hogere transitievergoeding dan werkgever dacht
Uiteindelijk heeft deze werkgever moeten erkennen dat de opbouw van de transitievergoeding 10 jaar voor de overgangsdatum van de onderneming lag. Gevolg was dat een aanzienlijk hogere transitievergoeding moest worden uitbetaald, dan was begroot. Deze werkgever heeft dus moeten erkennen dat ook over de jaren dat hij nog geen eigenaar was van de onderneming, deze jaren wel meetellen voor het bepalen van de hoogte van de transitievergoeding die hij moest betalen. Hier was hij zich 10 jaar geleden bij de koop van de onderneming niet van bewust zodat hij geen rekening had gehouden met dit risico.
Tijdig advies
Het is goed om als ondernemer bewust te zijn van dit risico. U kunt dit risico dan meenemen in de onderhandelingen als u een onderneming koopt dan wel dit risico kan worden ingecalculeerd. Ook jarenlang te weinig uitbetaald loon, kan een aanzienlijke risicopost zijn. En zo zijn er meer personele risico’s met financiële gevolgen. Laat u daarom goed vooraf voorlichten om later onvoorziene kosten te voorkomen. Heeft u hier vragen over? Ik help u graag